Tradities en Cultuur



19 – Begrafenisrituelen 5 : De afsluitende rituelen

Begrafenis van Yap Tiauw Siong, Semarang, 1953
(foto, welwillend ter beschikking gesteld door Yap Kioe Bing).

De afsluitende rituelen werden gewoonlijk uitgevoerd door een ceremoniemeester op de begraafplaats. Vanuit het oogpunt van de Chinese geomantiek of “fengshui”(风水) was de positie van de kist in het graf buitengewoon belangrijk voor zowel het welzijn van de dode als dat van de levenden. Nadat de kist zijn juiste plaats had gevonden strooide de familie aarde op de kist. Sommige rouwenden gaven er de voorkeur aan om in plaats van aarde bloemen te gebruiken.

Eén van de rituelen op de begraafplaats was de ‘penyebaran ngokok’. Het Indonesische ‘penyebaran’ betekent ‘verstrooien’, het Chinese ‘ngokok’(五谷) betekent in het Hokkien-dialect vijf soorten graan. De ceremoniemeester gooide graan naar de kinderen van de oveledene die met hun kleding trachtten het graan op te vangen. De verzamelde graankorrels werden een paar dagen later op de begraafplaats verstrooid, en daarmee eindigde de periode van diepe rouw. Dit ritueel moest de voortzetting van de familielijn verzekeren, de graankorrels symboliseerden de vele nakomelingen. ‘Penyebaran ngokok’ staat ook bekend als ‘penyebaran bibit’, bibit is het Indonesische woord voor ‘zaden’.

Nadat alle begrafenisrituelen waren uitgevoerd vulde de oudste zoon een ‘hiolo’ (香爐) , een houder voor wierookstaafjes, met wat aarde van de begraafplaats. Deze hiolo werd dan in processie samen met de foto van de overledene van de begraafplaats meegenomen. De ‘hiolo’ werd op het (huis)altaar voor de doden geplaatst.

Christopher Ng, maart 2019

Bronnen:

Tan, G.L. (1963) The Chinese of Sukabumi: a study of social and cultural accommodation, New York: Monograph Series.

Wibisono, L., Northmore, M., Tjahyadi, R and Jonatan, M. (eds.) (2012) Indonesian Chinese Peranakan: a cultural journey, Jakarta: Indonesian Cross-Cultural Society and Intisari.